Werk- of woonplaats? Europeanen verdeeld over de rol van het kantoor
Sinds twee jaar is de werkomgeving een mix van kantoor, woning en ‘derde ruimte’. Het gebrek aan interacties en de coronamaatregelen hebben de kaarten dooreengeschud en de werknemers hebben nu een nieuwe kijk op de rol van het kantoor. In Nederland (61%) en België (56%) moet het kantoor in de eerste plaats een plek zijn voor uitwisseling, gezelligheid en samenwerking – een visie waar meer dan één Fransman op twee (51%) achter staat.
Daartegenover staat dat 70% van de werknemers in het Verenigd Koninkrijk vindt dat het kantoor enkel dient als werkplek, waar zo weinig mogelijk tijd moet worden doorgebracht – ver vóór de Duitsers (53%) en de Spanjaarden (52%), die ook grotendeels die mening delen.
Deze vraag over de nieuwe rol van het kantoor verdeelt ook de generaties. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de meerderheid van de Europese jongeren (jonger dan 30 jaar) zijn menselijke en vriendelijke dimensie waardeert: dat is onder meer het geval in Italië (69%), Frankrijk (66%), Duitsland (59%) en het Verenigd Koninkrijk (57%). In Frankrijk (54%), Duitsland (57%) en het Verenigd Koninkrijk (70%) blijft het echter vooral de werkplaats voor werknemers tussen 30 en 49 jaar.
"De veralgemening van hybride werken roept de vraag op wat de rol van het kantoor is, naast wat het altijd al belichaamt. Het afgescheiden kantoor is verleden tijd. We moeten het vandaag constant heruitvinden om te bieden wat telewerk niet per se biedt. Dat wil zeggen kantoren, maar ook plaatsen voor onthaal, leren, sociale ervaringen enz. Om er echt een bestemming van te maken", vertelt Sylvain Hasse, Head of Corporate Services van BNP Paribas Real Estate.
Hoge verwachtingen voor meer servicegerichte kantoren
Na twee jaar coronacrisis zijn de Europese werknemers duidelijk over wat ze vandaag van hun werkplek verwachten. In Frankrijk zijnde diensten (winkels, sportzalen, conciërgewoning enz.) binnen of in de onmiddellijke nabijheid van het kantoor essentieel (50% van de respondenten) - ex aequo met Duitsland. Behoeften die ook in Italië en België tot uiting komen (47%), maar die voor de Nederlanders geen prioriteit zijn (34%).
Voor het Verenigd Koninkrijk (53%) en Italië (49%) is het eerste criterium materieel: de werknemers streven vooral naar krachtige hardware en een goede connectiviteit.
Het is ook geen verrassing dat de bereikbaarheid met het openbaar vervoer voor alle Europese werknemers een voorkeurscriterium blijft (gemiddeld 41%). Er dient te worden aangestipt dat 21% van de Franse werknemers – vóór de buren van het Verenigd Koninkrijk (13%), Nederland (15%) of zelfs Duitsland (19%) – een aanbod voor zachte mobiliteit (autodelen, elektrische fietsen, steps enz.) noodzakelijk acht.
Over het ontwerp van de werkplekken lopen de meningen uiteen. Terwijl het VK de voorkeur geeft aan vertrouwelijke ruimtes en individuele concentratieruimtes (53% vs. 43% voor groepswerkplekken), kiest Spanje voor ruimtes die teamwerk bevorderen (56% vs. 32% voor individuele ruimtes). Tegelijkertijd moedigt Nederland beide ruimtetypes aan (55% voor individuele ruimtes, 54% voor groepswerk) en zelfs flex-office (45%).
In Frankrijk zijn de meningen van de werknemers nogal verdeeld over privacyruimtes (46%) en samenwerkingsruimtes (44%). Eén ding is zeker: 46% eist gebruiksvriendelijke ruimtes (koffie, cafetaria, lounge enz.), aan de top van de ondervraagde landen.
"Het onderzoek toont aan dat we op een kantelpunt staan voor tertiair vastgoed, waar de kwaliteit van de ruimtes en diensten die bedrijven aanbieden een essentiële rol spelen om zowel medewerkers te binden als om nieuw talent aan te trekken. Naast het kantoor betekent dit ook een meer gemengde, flexibele en duurzame visie op de bedrijfsstad”, zegt Séverine Chapus, gedelegeerd algemeen directeur van Promotion bij BNP Paribas Real Estate.
Thuiswerk: Europese werknemers vinden het aangenaam om een eigen ruimte in te richten
Eén ding staat vast: het thuiskantoor zal ook na de coronacrisis blijven bestaan en voor deze nieuwe toepassingen zijn specifieke inrichtingen nodig om thuis een geschikt vervangkantoor te installeren. Maar hoe willen Europese werknemers hun toekomstige woning inrichten om er beter te werken?
Voor alle ondervraagde landen geniet het inrichten van een specifieke ruimte de voorkeur. 59% van de Duitse werknemers, 58% van de Nederlanders en 51% van de Fransen kiezen hiervoor. Op de tweede plaats geven ze de voorkeur aan een moduleerbare ruimte in een van de kamers van de woning (slaapkamer, salon enz.), gevolgd door coworkingruimtes – die 23% van de Fransen aanspreken.
Als we de verschillen naargelang het land bekijken, lijkt de voorkeur voor de inrichting van de woning vooral bepaald te zijn door de leeftijd van de respondenten. Werknemers ouder dan 50 lijken immers bijzonder gehecht aan de inrichting van een specifieke ruimte: 71% in Duitsland, 55% in het Verenigd Koninkrijk en 54% in Italië.
Werknemers jonger dan 30 jaar, met name in Nederland, België en het Verenigd Koninkrijk, zijn dan weer meer dan hun oudere collega's aangetrokken tot het werken in een coworkingruimte. Bovendien zijn de werknemers die het meest openstaan voor coworkingruimtes degenen die de gewoonte hebben om in een flex-office te werken.
Methodologie: de enquête werd uitgevoerd in 7 Europese landen (België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Nederland, Spanje, Verenigd Koninkrijk) onder werknemers van de dienstensector die in een kantoor werken en 18 jaar of ouder zijn. De interviews werden afgenomen van 7 tot 11 februari 2022, via een zelfbeheerde onlinevragenlijst.